De lijsterbes behoort net als de meelbes tot de rozenfamilie. Er zijn veel soorten lijsterbessen en meelbessen. In de Lage Landen is alleen de wilde lijsterbes inheems, en misschien ook de elsbes, terwijl de meelbes en de Zweedse meelbes verwilderd voorkomen in lichte bossen en aan bosranden. Alle lijsterbessoorten zijn ecologisch waardevolle bomen. Ze worden druk door insecten bezocht, de bessen zijn bij de meeste soorten rond en 1-3 cm groot en worden door vele vogelsoorten en zoogdieren gegeten. De bladeren worden door vele herbivoren gegeten. Het hout is fijn van structuur en hard. Het is geen handelshoutsoort, omdat het niet in voldoende afmetingen en hoeveelheden voorkomt. Het hout van de grootste lijsterbessoort (Sorbus domestica) is geschikt voor meubels en meetgereedschappen.

Waar te zien
In Belmonte bevindt zich de Nederlandse Nationale lijsterbescollectie.

Wilde lijsterbes – Sorbus aucuparia

Aucuparia is afgeleid van aucupor: 'vogelvangst'. De bessen werden gebruikt om vogels mee te lokken en te vangen. De bladeren zijn samengesteld met 13 tot 17 zittende, spitse blaadjes met enkelgezaagde rand en wigvormige voet. Deze populaire kleine boom kan bijna overal groeien, van natte en zure broekbossen tot droge en basische klei bossen. Op kalkrijke gronden treedt soms mangaangebrek op. Van nature is de boom kenmerkend voor arme en zure bodems. Hij groeit spontaan in lichte dennen-, berken- en eikenbossen, vaak samen met soorten als vuilboom, kamperfoelie en krentenboompje. Bij droog weer laat hij al snel een deel van zijn bladeren vallen, waar hij wel weer van hersteld.

Zowel het fijne blad, de sterk geurende crèmewitte bloemen als de oranje bessen zijn een lust voor het oog en de neus. 's Winters is de soort goed te herkennen aan de zeer donkerrode, bijna zwarte sterk behaarde knoppen. Lijsterbessen zijn weinig gevoelig voor bacterievuur, maar meer voor het bloedkankermeniezwammetje dat takkankers veroorzaakt, en de zwam Venturia inaequalis die verantwoordelijk is voor schurft, herkenbaar aan ruwe bruine vlekken op bladeren, takken en vruchten. De lijsterbespokmijt is soortspecifiek op lijsterbes en veroorzaakt pokachtige galletjes op het blad.
De bessen zijn bijna rond met een lengte van o,8 tot 1,2 cm. Ze bevatten veel vitamine C, maar zijn ook zuur en bitter, en daardoor niet goed eetbaar. Vanwege het hoge pectinegehalte kunnen deze bessen aan jam worden toegevoegd. De variëteit 'Edulis' bevat minder zure en bittere stoffen en geldt als eetbaar. Deze is omstreeks het jaar 1800 gevonden in Moravië in Tsjechië en is minder vatbaar voor schurft.

Gegevens op een rijtje
Natuurlijk areaal: Europa, Turkije en Kaukasus
Status: inheems, zeer algemeen
Bodemeisen: geen
Schaduwtolerantie (1-5): redelijk 2,7
Droogtetolerantie (1-5): laag 2,1
Hoogte: 6-12 meter
Omtrek: < 1 meter
Leeftijdverwachting: 40-60 jaar
Kroonvorm: ovaal, half transparant
Bladlengte: 13-20 cm, blaadjes 7-8
Bloeiperiode: mei
Zaadval: juli-augustus
Toepassing: bossen, houtwallen, tuinen

Bron: Loofbomen in Nederland en Vlaanderen door Leo Goudzwaard
Uitgegeven door KNNV Uitgeverij, Zeist, ISBN 978 90 5011 4325, www.bomenkennis.nl