Amberboom - Liquidambar

De wetenschappelijke naam van de amberboom (Liquidambar) is samengesteld uit liquid, 'vloeibaar' en ambar. Ambar betekent zowel fossiele boomhars (barnsteen) als een kostbare geurige stof afkomstig van walvisachtigen.

Herkenning
De vijflobbige bladeren lijken op esdoornbladeren, maar anders dan bij esdoorns staan de bladeren en knoppen verspreid op de twijgen.

Groeiplaats
Amberbomen houden van een vochthoudende, voedselrijke en licht zure tot neutrale grond. Volwassen bomen verdragen tijdelijke zomerdroogte goed. Kalkrijke gronden kunnen bladvergeling door ijzergebrek veroorzaken. Van nature groeien ze in beek- en rivierdalen samen met hickories, rode esdoorn, vederesdoorn, zwepenboom, de Amerikaanse judasboom, kornoeljes en elzen.

Biodiversiteit en aantastingen
Amberbomen zijn gezonde bomen die geen last hebben van aantastingen en de bladeren worden in West-Europa niet door insecten gegeten. In het natuurlijke gebied zijn er slechts enkele bladmineerders die van de bladeren eten.

Gebruik
Van het hout dat op kersen of zachtgekleurd notenhout lijkt (satijnnoten) worden meubels gemaakt. De binnenbast bevat gomhoudend sap dat afgetapt en ingekookt het sweetbalsam, Peru balsam of copalm balsam oplevert, dat wordt gebruikt als geneesmiddel, parfum en als vervanger van wierook. Ook het sap in de bladeren bevat de gom. In Turkije wordt het sap van de Oosterse amberboom afgetapt voor de productie van oriental sweetgum oil. Uit fossiele vondsten in de klei van Reuver blijkt dat de ambersoort Liquidambar europaea van nature al in Limburg groeide vóór de ijstijden, namelijk in het Tertiair.

Amerikaanse amberboom - Liquidambar styraciflua

De Amerikaanse amberboom wordt veel geplant in parken, op pleinen en langs straten. In 1681 stuurde John Bannister de eerste plantjes naar Engeland. Het is een probleemloze boom, zonder ziekten en aantastingen, en met befaamde rode herfstkleuren. De soort verdraagt zowel tijdelijk droge als natte grond. Nauwelijks afgeharde toppen van kwekerij bomen zijn gevoelig voor strenge vorst, volwassen bomen zijn bestand tegen zeer strenge vorst.

Waar te zien
Grote amberbomen groeien in Vorst (omtrek 300 cm), Gent bij het Maria Middelaresziekenhuis (omtrek 378 cm), het Veluwse Rozendaal (omtrek 314 cm) en Tervuren (30,4 m hoog).

Gegevens op een rijtje
Natuurlijk areaal: oosten van de Verenigde Staten
Status: uitheems, algemeen
Bodemeisen: weinig eisend
Schaduwtolerantie (1-5): laag 1,6
Droogtetolerantie (1-5): laag 1,9
Hoogte: 20-30 meter
Omtrek: 2-3 meter
Leeftijdverwachting: > 200 jaar
Kroonvorm: kogelvormig tot ovaal, half transparant
Bladlengte: 8-16 cm
Bloeiperiode: april
Zaadval: oktober
Zaadverbreiding: wind
Vermeerdering: zaaien, enten, wortelstekken
Toepassing: parken, lanen

Bron: Loofbomen in Nederland en Vlaanderen door Leo Goudzwaard
Uitgegeven door KNNV Uitgeverij, Zeist, ISBN 978 90 5011 4325, www.bomenkennis.nl